Peursumseweg 53, Giessenburg
info@egelantierseizoenen.nl

juni column: Doel doet leven

Seizoen, seizoen, wat ga je nu doen? (12)
Chris Coolsma

‘Folly’ achter de Egelantier

Doel doet leven

Het begon in zo’n tuin waar de tijd vanzelf verstrijkt zonder dat je er iets voor hoeft te organiseren. Je gaat zitten in de schaduw van een wilg die gelukkig riskant ongeknot is gebleven en hoeft je blik nergens op te richten, die dwaalt vanzelf al kalm rond. Er is genoeg te zien in alle richtingen, dichtbij en ver weg.  De tuinier heeft wel geprobeerd om wat orde te scheppen, maar daar was nooit een beginnen aan. Zo is stabiel wankelend evenwicht ontstaan tussen weelderige groei en traag verval, tussen overwoekering en beschutte ruimtes. De tuinman citeert Michelangelo over de natuur en de kunst. Ik was er voor het eerst en wilde niet meer weg, al vertrok ik die dag nog. Tussentijds stuurde ik af en toe een denkbeeldig zakje zaadjes, die hun plek in de bodem hebben gekregen. Na deze zomer zullen de bloemen verdorren. Daarna bloeien ze weer op. Nu ik er weer ben, na lange tijd, zegt de tuinier dat hij de tuin wil sluiten. Eindigt het dan in de tuin waarin de tijd niet zou moeten verstrijken? Wat ik daarvan vind?

Ik denk aan de ogenblikken van naar eeuwigheid hunkerend geluk die toch voorbijgingen. Siësta onder de parasoldennen in de Provence, harsgeuren, het geluid van cicaden in mijn oren. Op het terras in Grimaud, zicht op de zee, lampjes in slingers, volle maan. Op het plein voor het Pauselijk Paleis in Avignon, onder de sterrenhemel, een zigeunerin pakt mijn hand, ze wil mijn geluk voorspellen. Ik kijk haar aan en zeg wat ik voel: ’Je suis le bonheur!’ Ze slaakt een kreet en keert zich van me af.

In het bootje op de fjord, 200 meter water onder me, in alle tinten blauw geschilderd landschap rondom, alleen geluid van de golfjes die aan de boot likken. Het gevoel dat ik hier vandaan kom. Aan de werkbank naast mijn vader, met Purcell in onze oren, tranen in onze ogen. In de bloeiende boomgaard van Kasteel Heemstede, ik weet dat we een beslissing hebben genomen. Tijdens de onvoorziene reprise van het pianoconcert in D van Haydn, waarin alle podiumvrees me verlaten heeft en iedereen met mij als uit één lichaam ademt. Op de fiets in Noord Groningen, rode baksteenkerkjes, boomgroepen op wierden, herenboerderijen, oude stadjes, met de geelkwast geverfde akkers. Urenlang op het terras van Marina, het havenrestaurant van Schier, ginds achter het glanzend slik van Bientjes Baai het bloeiende duinlandschap. 

Ik kijk naar de ruïne van een kaartverkoopschuurtje, dat vele levens heeft gekend en nu als een volmaakte folly onder de bomen op instorten staat. Het unieke is juist uniek omdat het tijdelijk is. Geldt voor het leven als geheel. Ik denk aan Fosca in ‘Niemand is onsterfelijk’. De dood is uit zijn schaduwmantel gestapt en wandelt rustig mee. Ik steel opnieuw de woorden van een ander. De eerste zin van deze mijmeringen is  een verbouwde regel uit Pfeijfers’ La Superba. Nu denk ik aan een zin in het Gedenkboek in de Jac P. Thijsse kamer van de Egelantier: ‘wie waarachtig liefheeft, vraagt niet langer of het leven een doel heeft’.  Langzaam veranderen deze woorden voor mijn ogen in ‘wie een doel heeft, kan het leven blijven liefhebben’.

Wat ik ervan vind? Wie een doel heeft, heeft kans op geluk. Hierbij mijn nieuwe zending zaadjes.

12 reacties

  1. De Egelantier schreef:

    Wat een prachtige column Chris. De manier waarop je de diverse plekken waar je was, beschrijft, ontroert me. Wat fijn dat je besloten hebt door te gaan met je columns!

    Groeten en mooie Pinksterdagen.
    Karlijn

    • Chris Coolsma schreef:

      Dat doet de Egelantier met me, en met iedereen die daar open voor staat, Karlijn. Onze dag bij jullie roept al deze beelden op. Weemoed over de vergankelijkheid, de wens om het voort te laten duren, beelden die om beschrijving smeken. Het is een rijke plek, waar ik me rijk voel.

  2. Kai Tchong schreef:

    Mooie herinneringen, mooi verpakt. Maar waarom altijd zo ver, het zicht, de reuk, het voelen dat er meer is op aarde? Terwijl de zaadjes hier zo goed eerst naar beneden en dan weer naar boven voor een weelde in de natuur. Schots en scheef, wat hindert de blik naar binnen?

    Fijne Pinksterdagen en dank voor herinneringen,
    Kai

  3. Chris Coolsma schreef:

    Beste Kim, de Pinksterdagen zijn alweer voorbij. We fietsten weer ver, tegen de uiterste Noordgrens van dit landje aan. Dat is een massieve dijk, om de zoveel tijd verhoogd zodat de polders niet onderlopen. Een metaforische dijk. Zonder die dijk zouden zelfs de oude wierden met kerk en al verzuipen. Maar nee, de uiterste grens zijn de eilanden daarginds, waar je heen kunt lopen, maar dat is niet zo handig met de fiets aan de hand. Dus we kijken verlangend naar die lage silhouetten achter het slik en denken na over ‘verte’. ‘Waarom altijd zo ver’? Misschien omdat we van de wijde blik houden, van een lage horizon waar lucht en aarde soms bijna onmerkbaar in elkaar overgaan. Misschien omdat ver kijken ook tot ver denken leidt en dat hebben we nodig in dit land, waar steeds meer mensen in grenzen en schuttingen denken. Misschien omdat het in onze genen is gaan zitten, of er al in zat. Onze voorouders waren vaak vissers en daarna werden ze zeevaarders en veroverden ze de wereld, waar ze overigens beter met hun koopmansklauwen van af hadden kunnen blijven. Misschien omdat de verte helemaal niet ver weg is, maar in mijn hoofd zit, met harsgeuren en krekelgeluiden en ritselbriesjes en vergezichten vanaf een berg. Misschien….

  4. Chris Coolsma schreef:

    Excuses, Kai, voor het gebruik van een verkeerde naam.

  5. Henri schreef:

    Wie een doel heeft, heeft kans op geluk, zegt Chris. En wie geen doel heeft? Nescio schreef in Titaantjes (1914): ‘Gods doel is de doelloosheid. Maar voor geen mensch is het weggelegd dit bij voortduring te beseffen.’

    • Chris Coolsma schreef:

      Dag Henri, veel dank voor een tot nadenken stemmende reactie. Nescio verzint zijn eigen God en laat die, zoals mensen altijd doen, zijn eigen gedachten uitspreken. Dat geeft er gezag aan, vermoed ik. Ik bedenk de zin van het leven liever zelf. Je kunt er als mens voor kiezen om het leven een doel te geven of het leven geen doel te geven. Ik heb de voorkeur voor het eerste, maar geen oordeel over de tweede levenshouding. In de verhalen van Nescio lukt het de jongens niet om zich buiten de maatschappij te plaatsen en gelukkig te blijven. Ze onderwerpen zich aan de maatschappelijke regels en behalen enig succes(Koekebakker), of worden gek (Bavink). Bavink scheurt zijn geslaagde schilderij aan reepjes omdat hij beseft dat hij daarna niets meer te schilderen heeft. Ik merk dat ik geluk ontleen aan doorschilderen, omdat het niet zo erg om het doel zelf gaat, maar om het werken naar dat doel. Nescio was een idealist die zijn idealen niet kon verwezenlijken. Dus koos hij eieren voor zijn geld en maakte carrière. Ik heb geen carrière gemaakt, maar ik heb wel geld om eieren te kopen.

  6. Jac de Bruijn schreef:

    Het wankelende evenwicht trekt verbeeldend voorbij- dank voor het delen!
    Goeds
    Jac

    • Chris Coolsma schreef:

      Opnieuw met veel plezier gedaan, Jac! We wankelen voort over een smal plankje dat af en toe flink doorbuigt.

  7. Mariëtte Bonenkamp schreef:

    Dan toch maar even reageren. Ik ben niet zo goed in woorden maar wil het toch maar eens proberen.
    Ik vind door deze column woorden voor momenten die in mijn eigen leven soortgelijke gevoelens opleverden.
    En dat nog steeds doen overigens. Elke keer weer bij het samenspelen, het harmonieuze gevoel als het allemaal klopt: timing, sonoriteit, zelfs de stiltes. De absoluut grenzeloze nabijheid die samen musiceren met de juiste mensen oplevert.
    Het genieten van de natuur, in het klein en in het groot. In beweging op de fiets of lopend, doodstil staand in het bedauwde gras om de natuur niet te storen, geen geluid te maken. Inderdaad, de vergankelijkheid van al die mooie momenten. Het los moeten laten van die momenten om ze als kostbare herinneringen te bewaren. Zo herkenbaar. Prachtig, Chris!

    • Bert Hebing schreef:

      Je kunt meer dan je denkt, Mariëtte Bonenkamp! Mooie woorden heb je gevonden (“doodstil staand in het bedauwde gras om de natuur niet te storen”)! Prachtig!

    • Chris Coolsma schreef:

      Dank je Mariëtte! Door jouw reactie weet ik dat het gelukt is om dat allemaal onder woorden te brengen. Ik krijg nu het beeld voor ogen, hoe je in de vroege morgen in mijn tuin doodstil luisterend in het gras stond, omhoog kijkend maar de bomen, waar de merels en die lijsters geluiden maakten die wij mensen een lied noemen. Een soort van vocalises. Ja, samen muziek maken is voor mensen als jij en ik het allermooiste.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *